Het theaterseizoen 2019 – 2020 staat bij mij vooral in het teken van Buurman en Buurman gaan kamperen. Een fantastische kindervoorstelling waarvoor ik vrijwel ieder weekend naar verschillende Nederlandse theaters afreis om de voorstelling op te bouwen, het licht te doen en vervolgens weer af te breken. Inmiddels zijn de eerste 23 tourdagen voorbij gevlogen. Met het einde van 2019 in zicht, blik ik hier graag kort op terug.

Mensen om mij heen vragen weleens of de voorstelling nooit saai is. “Want je draait toch meerdere keren per week, een aantal maanden achter elkaar dezelfde voorstelling.” Mijn antwoord hierop is absoluut “nee”. Gedurende iedere voorstelling gebeuren dingen die net even anders zijn. ‘Een ander grapje hier, een andere reactie van het publiek daar.’ Daarnaast is ieder theater weer verschillend, wat soms een hoop creativiteit vereist.

De programmering

Voordat ik samen met een geweldig team de voorstelling aan het publiek toonde, moest de lichtshow eerst geprogrammeerd worden. Hiervoor reisde ik een week lang iedere dag naar de Rijswijkse Schouwburg. Samen met Mike den Ottolander van GVDO (in opdracht van SENF), de persoon die de hele lichtshow heeft ontworpen, programmeerde ik tot in de late uren. Er waren dagen dat ik in de ochtend om 09.00 uur ter plaatse was en om 22.30 uur pas weer thuis kwam. En ook als ik thuis was, draaide de uren voornamelijk om Buurman en Buurman.

De uitwerking

Je kunt je misschien wel voorstellen dat wat in Rijswijk bedacht werd, niet in elk theater mogelijk was. Ik schreef het eerder al; mijn creativiteit werd regelmatig aangesproken. Het totaalplaatje was dan ook zeker niet altijd wat ik had gehoopt, want dan was het toneel bijvoorbeeld net iets te klein. Toch kijk ik op (bijna) iedere show met een voldaan gevoel terug. Want ja, het was toch weer gelukt.

Ik wens iedereen een fantastisch 2020 toe, en blijf mij volgen voor meer updates over Buurman en Buurman en andere opdrachten die ik uitvoer.